Hoe meer vogels, egels, padden en vleermuizen in je tuin, hoe minder je planten te lijden hebben onder slakken, rupsen en bladluizen. Hoe maak je je tuin aantrekkelijk voor deze nuttige dieren?
Wat eten ze?
Egels zijn actieve opruimers van slakken, larven van kevers (waaronder de taxuskever), wormen en spinnen in je tuin.
Waar wonen ze?
Overdag slapen ze onder hagen en in houtkanten, in een los gestapelde houtstapel of in de composthoop. Overwinteren doen ze onder een hoop bladeren of takken. Je kunt ook een egelhuis kopen of er zelf een maken van een wijnkistje.
Is je tuin omheind met gaasdraad, dan krijg je wellicht nooit een egel te zien. Knip hier en daar onderaan de draad een opening van 15 cm diameter, zo kunnen egels wél je tuin in. In een houten afsluiting kun je een egelpoortje laten inbouwen.
TIP : Let op met (zwem)vijvers! Zorg voor een schuin aflopende kant of een loopplankje, zodat de egel op eigen kracht terug uit het water kan.
Wat eten ze?
Padden eten slakken (ook de dikke naaktslakken!), rupsen, larven van muggen, maar ook van kevers zoals engerlingen, en larven van de taxuskever bijvoorbeeld, …
Waar wonen ze?
Denk je dat er geen pad in je tuin woont, omdat je geen vijver hebt? Niets is minder waar. Padden leven 11,5 maanden per jaar niet in het water. Alleen in de lente gaan ze op paddentrek, om in het water te paren. Verder wonen ze in bladhopen, plantenresten, onder hagen en struiken en takkenrillen, waar het vochtig en koel is. Vanaf oktober beginnen ze aan hun winterslaap te denken. Met een stapel dakpannen of stenen in de tuin bied je ze een veilige overwinteringsplek. Strooi er een dik pak bladeren op, als vorstvrije isolatie.
Wat eten ze?
Mezen zijn notoire insecteneters die massa’s rupsen, kevertjes en bladluizen smullen en aan hun jongen voederen. Mussen en vinken eten vooral zaden, merels en lijsters doen zich te goed aan slakken, kruipende insecten, rupsen en wormen. In dood hout vinden insecteneters pissebedden, oorwurmen en kevertjes. Hoe meer variatie in bloemen, zaden en bessen, hoe aantrekkelijker je tuin wordt voor vogels. Fruitbomen, bessenstruiken, zonnebloemen, kaardenbol, rozenbottels, lijsterbes en DCM Bloemenmengsel Tuinvogels zijn top. Voeder de vogels ’s winters zeker bij.
Waar wonen ze?
Vogels voelen zich veilig in een tuin met wat stekelige of groenblijvende struiken en hagen, klimop…. Ze broeden in nestkasten, dichte (gemengde) hagen, bomen en klimplanten. Hang nestkastjes voor mezen en mussen op!
Wat eten ze?
Vleermuizen zijn geweldige insectenbestrijders: een gewone dwergvleermuis - de meest voorkomende vleermuis in Nederland - eet zo’n 300 muggen, motten en kevers op een nacht. In een tuin met veel verschillende bloemen vind je de grootste variatie aan insecten – een waar buffet voor vleermuizen! Heb je een vijver, dan verlossen ze jou van een hoop muggen.
Waar wonen ze?
In holle bomen, oude gebouwen, schuren en stallen, of in een kast tegen je gevel of in een stevige boom. Aan een gaatje van 2,5 cm diameter hebben ze al genoeg om in te vliegen. Soms slapen ze in spouwmuren, in rolluikkasten, onder dakpannen en achter houten planken; laat ze met rust, ze veroorzaken geen schade aan je huis. ’s Winters doen ze een winterslaap in verlaten forten, bunkers, mergelgroeven,…
Hoe meer variatie in planten en hoogtes, en hoe meer soorten bloemen en bessen, hoe aantrekkelijker je tuin wordt voor dieren.
Zo richt je je tuin in voor nog meer dieren!Zorg voor variatie in planten, schuilplaatsen zoals hagen, houtstapels en nestkastjes, en bied voedsel zoals bessen, insecten en zaden. Laat zeker bladeren en dood hout liggen.
Egels en padden smullen van slakken, rupsen en insecten; vogels eten bladluizen, rupsen en zaden; vleermuizen verorberen honderden muggen en motten per nacht.
Creëer schuilplekken met struiken en takkenrillen, plant bloemen voor insecten en zorg voor water en een doorgang in omheiningen voor egels.