Hoe vleesetende planten verzorgen?
Ondanks hun bijzondere verschijning zijn vleesetende planten absoluut niet duur. En je hebt er ook niet veel plaats voor nodig, vleesetende planten groeien erg traag en worden nooit te groot. Let op, ze vragen een andere verzorging dan klassieke kamerplanten.
Geef ze een lichte, tochtvrije en zonnige plek
Ze hebben continu vocht nodig om te kunnen overleven. Zorg dat er altijd regenwater of gefilterd water in hun schaaltje staat, nooit leidingwater, dat is te kalkrijk.
Vleesetende planten geef je geen voedingsstoffen, een vlieg of spinnetje op tijd en stond, is alles wat ze nodig hebben. Geef ook geen stukjes vlees, dat gaat alleen maar rotten!
Verhuis je vleesetende planten ’s zomers naar het terras, zo krijgen ze ook eens wat anders te eten. Haal ze tegen de herfst naar binnen, ze kunnen niet of nauwelijks tegen vorst.
Sterven er bladeren of kelken af - dat is ’s winters normaal -, haal die dan zo snel mogelijk weg, voordat er zich schimmels op ontwikkelen. Snoeien is niet nodig.
Hoe verpot je vleesetende planten?
Houd je vleesetende planten in topvorm en verpot ze elke twee jaar, in de lente. Let op, ze hebben heel specifieke, zure potgrond nodig! DCM Potgrond Vleesetende planten, met witveen en extra kokosvezel, heeft precies de zuurtegraad die vleesetende planten nodig hebben, én houdt het water erg goed voor ze vast. Deze potgrond bevat bovendien geen meststoffen, precies wat vleesetende planten wensen. Plant ze nooit in gewone potgrond!
Verpot je vleesetende plant in maart, zoals je andere kamerplanten. Dat gaat erg makkelijk, ze wortelen immers erg ondiep.