Je eigen groenten en bloemen zaaien is de goedkoopste, makkelijkste en leukste manier om je tuin snel vol kleur en lekkers te krijgen. Hoe begin je eraan, waarom is zaaigrond zo belangrijk en hoeveel water en licht hebben zaailingen nodig?
Weinig tuinwerkjes geven zoveel voldoening als het zelf zaaien en opkweken van jonge plantjes. Hoe begin je eraan?
Je kunt al vroeg in de lente in huis of in de serre beginnen
Je hebt veel meer keuze in zaad dan in plantjes
Je hebt altijd reserve voor als er wat mis gaatmisgaat. Wat je teveel hebt kun je ruilen of uitdelen.
Zaaien is goedkoper dan planten kopen
Het is duurzaam, er komt geen transport of verpakking aan te pas.
Warmte, licht en kwalitatieve zaaigrond bepalen het succes van je zaaionderneming. Zaaigrond is fijner en luchtiger dan gewone potgrond en bevat een aangepaste voeding om de begingroei te ondersteunen. Door zijn fijne en homogene structuur zorgt DCM Potgrond Zaaien & Stekken voor een gelijkmatige opkomst van kiemplantjes en voor een goede inworteling van stekken.
Zaai nooit rechtstreeks uit het pakje, voor je het weet valt er te veel uit. Schud een beetje in je hand en zaai met duim en wijsvinger, zoals je zout strooit. Grote zaden zaai je een voor een.
Start met een schoon zaaibakje
Vul tot 1 cm onder de rand met DCM Potgrond Zaaien & Stekken. Besproei lichtjes en druk aan.
Strooi het zaad uit en bedek met een laagje zaaigrond. Controleer de zaaidiepte op het zaadpakje, die is voor elke plant anders.
Zet er een label bij
Druk aan en benevel met de plantenspuit. De potgrond mag vochtig zijn maar niet doornat.
Plaats het zaaibakje op een lichte en warme plaats. Dek af met een doorschijnend deksel.
Houd de toplaag lichtjes vochtig
Haal het deksel weg zodra de eerste groene stipjes verschijnen, dat is doorgaans na 7 tot 10 dagen
Draai je zaaibakje elke 4 dagen, anders groeien de scheuten schuin naar het licht.
Zaai je regelmatig en veel, investeer dan in een zaadtray met vakjes. In elk vakje past precies één zaadje; zo zaai je nooit te dik of te dun. Ook het verspenen gaat makkelijker.
Eens je zaailingen hun eerste paar ‘echte’ blaadjes hebben gevormd - de eerste twee blaadjes zijn kiemblaadjes, vaak hangt het zaadje er nog aan - is het tijd om ze naar individuele potjes te verplanten. Daar gebruik je potgrond voor, die bevat de eerste belangrijke voedingsstoffen voor jonge planten. Voor bloemzaaillingen gebruik je best DCM Potgrond Geraniums & Bloeiende planten, voor groentezaaillingen is dan weer DCM Potgrond Groenten & Kruiden aangewezen.
Duw met een potlood gaten in de potgrond, 2,5 cm uit elkaar.
Licht de zaailingen met een keukenvork uit het zaaibakje en laat ze in de gaten zakken. Duw toe en besproei licht.
Zet de potjes op een warme plek maar uit de directe zon. Laat ze bij mooi weer aan de buitenlucht wennen (‘afharden’).
Plant ze in de tuin zodra ze 7 tot 10 centimeter hoog staan.
Houd bij het verspenen enkel de sterkste planten over; de kleinste blijven voor altijd klein en ondermaats.
Voor meer info over een gezonde moestuin, lees ook: Je moestuin aanleggen van A tot Z: zo ga je te werk
Zaaigrond is fijner en luchtiger dan gewone potgrond. Door zijn fijne en homogene structuur zorgt deze zorgvuldig uitgezeefde potgrond voor een goede inworteling van jouw stekken en een gelijkmatige opkomst van jouw kiemplantjes. De lavakorreltjes die aan het mengsel werden toegevoegd zorgen voor een perfecte verdeling van vocht en zuurstof. Bovendien bevat deze potgrond een aangepaste voeding om de begingroei te ondersteunen.
Eerst verschijnen twee kiemblaadjes – vaak hangt het zaadje daar nog aan – daarna volgt het eerste paar ‘echte’ blaadjes. Pas dan is het tijd om je zaailingen naar individuele potjes te verplanten.
Zaden hebben nauwelijks voedingsstoffen nodig om te kiemen maar jonge zaailingen wél. Om ze snel op te kweken tot sterke planten, verspeen je ze naar kwalitatieve potgrond.